Handboek farmaceutisch praktijkonderzoek

Benadering patiënten via apotheek

Patiënten worden (meestal per brief) uitgenodigd voor onderzoek vanuit de deelnemende apotheken (zie ook de pagina Gegevens uit het apotheekinformatiesysteem). De apotheker is de afzender van de brief. De reden is dat de onderzoekers op dat moment nog geen toestemming hebben van de patiënt om inzage in zijn NAW-gegevens te krijgen; de onderzoekers mogen dus geen adres van de patiënt hebben. Het eerste contact (uitnodiging van patiënten) moet daarom plaatsvinden namens de apotheek en vanuit de apotheek.

De tekst van de uitnodiging is een bijlage van het onderzoeksprotocol, en wordt door de IRB beoordeeld op effectiviteit en duidelijkheid.

Wanneer de informatie over het onderzoek heel uitgebreid moet zijn, kan er naast een uitnodigingsbrief van de apotheek nog een ‘bijlage’ van de onderzoekers met meer informatie over het onderzoek worden gestuurd. De brief van de apotheek zelf moet wel de onderdelen bevatten die hieronder genoemd staan.

  • Achtergrond
    • Aanleiding en doel van het onderzoek
    • Benadruk met name de reden waarom het voor patiënten relevant/belangrijk zou kunnen zijn om deel te nemen
    • Licht eventueel toe waarom deze patiënt is geselecteerd voor deelname
  • Wat houdt deelname aan onderzoek voor de deelnemer in?
  • Indicatie van de tijd die met de deelname aan het onderzoek gemoeid is
  • Mededeling dat de gegevens anoniem verwerkt worden
  • Mededeling dat deelname vrijwillig is (en eventueel dat niet deelnemen geen invloed heeft op de verdere behandeling) en dat deelnemer zich altijd kan terugtrekken uit het onderzoek
  • Contactgegevens: wie kunnen de deelnemers bellen of mailen met vragen over het onderzoek?

Houd er rekening mee dat patiënten contact op kunnen nemen met hun apotheker of huisarts met problemen of vragen rondom het onderzoek. Stem daarom vooraf ook af met de apotheker hoe hiermee om te gaan. Zie ook: Informeren arts.

NB: Let op het taalniveau van de patiëntenbrief. Dit moet zijn geschreven op VMBO-niveau, tenzij de doelgroep sterk afwijkt van de ‘gewone’ Nederlandse bevolking (kinderen onder de twaalf jaar, allochtonen, studenten HBO/WO).